Almelo Grote Kerk
Zondagmiddag 25 november 2018
Koor: Toonkunst Almelo.
Requiem, W.A.Mozart
Hör mein Bitten, F.Mendelssohn-Bartholdy
Geistliches Lied opus 30, Brahms
Medewerkenden:
Margreet Rietveld, sopraan
Serena Perez, alt
Stefan Kennedy, tenor
Dominic Kraemer, bas
Jaap Zwart, organist
Folkert Buis, paukenist
Algehele muzikale leiding: Arno Vree
Het blijft altijd een prachtig gezicht, de fraaie 18e eeuwse orgelkas van Hinsz. Hoewel het binnenwerk nu van orgelbouwer Vermeulen is, heeft het toch de klankopbouw uit die tijd min of meer behouden. Cultuurhistorisch zou het zinvol zijn om het nog overgebleven Hinsz register in dit orgel te plaatsen. Het bevindt zich nu in een andere Protestantse wijkkerk, heeft kort in de Grote Kerk gestaan. Daar was toen wonderwel te horen dat dit doorleefde register zeker bij het werk van Mendelssohn en Brahms zou passen. Het koor stond opgesteld onder het orgel. Voor dit programma was het een logische keuze aangezien de instrumentale begeleiding onder de vaardige handen van toporganist Jaap Zwart was. De uitgekiende registratie van organist Zwart en het lichtvoetige transparante arrangement bij Mozart maakte dit concert bijzonder. Bij Toonkunst is in de programmering vaak veel nieuws te ontdekken en te ervaren. De solisten stonden op de orgelgalerij en dat was een optimale plek. Zeker bij de soli, duetten en kwartetten was er een optimaal samengaan met de organist. Dirigent Arno Vree bevond zich in een unieke driehoeksverhouding met koor, organist en solisten. Zijn visie kwam duidelijk en helder over om deze werken vanuit een ingehouden emotionele muzikale perceptie te benaderen. Dat hield wel in dat de luisteraar bij Mozart zich los moest maken van de conventionele aanpak met orkest en de overbekende accentmomenten. Sopraan Margreet Rietveld overtuigde bij Mendelssohn met haar indringende gebedsaanroep. In een innige afwisseling waren organist, soliste en koor hier op hun best. Goede structuur, warme koorklank. Bij Brahms wist Arno Vree het grote koor muzikaal tot een kamerkoor te laten klinken. De vriendelijke troostende toon van het orgel en het koor vonden elkaar en onderstreepten de zin van dit Geistliches Lied: Blijf niet klagen. Vanuit hetzelfde perspectief klonken het Lacrymosa en de prachtige vloeiende beweging in het Hostias bij het requiem van Mozart. De solisten waren in hun element, en wat een professionaliteit. Bij dit concert overtuigden de vrouwengroepen als vanouds en mochten de mannen muzikaal wat gretiger zijn bij hun inzetten. De organisatie van Toonkunst liet het talloze publiek wel eerst een luchtje scheppen voor het naar binnen kon om daarna te ontdekken dat er vele gereserveerde plaatsen waren. Vanuit mijn plek om het hoekje kon ik de paukenist niet zien maar ook niet horen. Weliswaar een boeiend, verfrissend concert met zeer gevoelige momenten die het doel van dit concert: troosten, onderstreepten. Toch hoor ik Toonkunst het liefst in het koor, hoger geplaatst. Maar u weet het, lieverkoekjes worden niet gebakken.
Jos Keijzer.